Wat?
Het op regelmatige tijdstippen evalueren van het leerproces of de voortgang van de student tijdens het academiejaar, om te kijken in welke mate hij/zij de leerdoelen van je opleidingsonderdeel al bereikt heeft.
Dit kanmet of zonder een afrondend eindexamen. Een veel voorkomende variant is partiële evaluatie waarbij je deel per deel evalueert.
Permanent evalueren kan zowel formatief (als ondersteuning van het leerproces) als summatief (meetellend voor het eindcijfer) ingezet worden. Het is bedoeld om het leren continu te stimuleren en is dus geen optelsom van enkele tussentijdse toetsen.
Waarom?
Met permanente evaluaties kan je studenten tussentijds activeren en hen aanmoedigen om tijdens het semester al bezig te zijn met de leerinhouden. Zo kan de tussentijdsefeedback voor de studenteneen positief effect hebben op latere evaluaties.
Door ook buiten dereguliere examenperiode te evalueren, zorg je bovendien voor een spreiding van de studiebelasting voor de student. Let wel, indien slechts enkele OPO’s aan permanente evaluatie doen, worden de overige OPO’s vaak verwaarloosd door de studenten. Bespreek daarom de invoering van permanente evaluatie met je collega’s in de POC.
- Herhaaldelijk toetsen levert als studiestrategie betere resultaten op dan traditionele strategieën zoals leerstof herhalen of het maken van oefeningen. Voor die toetsen halen studenten immers actief gestudeerde kennis en informatie uit het geheugen op (‘retrieval practice’). Dit testeffect bevordert een diepe(re) verwerking van de leerinhoud, de retentie van kennis op langere termijn en de transfer naar andere situaties (Adesope et al., 2017; Dunlosky et al., 2013; Roediger, 2006; Gibbs & Lucas, 1997 in Richardson, 2014).
- Studenten schijnen permanente evaluatiete verkiezenboven klassieke examens (Decabooter, 2018; Trotter, 2006; Richardson, 2014). Bovendien zorgt permanente evaluatie vaak voor een actievere aanwezigheid tijdens de contactmomenten.
- Studenten behalenhogere scores op opleidingsonderdelen die volledig permanent geëvalueerd worden, dan wanneer er een klassiek eindexamen wordt afgenomen. Volgens Richardson (2014) valt dit te verklaren door de betere begeleiding, feedback en heldere communicatie over de evaluatieprocedure en –criteria. Hij merkt hierbij wel op dat de variatie in scores tussen de studenten vaak vermindert bij opleidingsonderdelen die volledig permanent (zonder eindexamen) geëvalueerd worden.
- Zeker voor eerstejaarsstudenten kan permanente evaluatie zinvol zijn om hen te ondersteunen in hun leer- en studeerproces (Decabooter, 2018).
Hoe?
In permanente evaluatie komen vaak zowel summatieve als formatieve doelstellingen samen. Hierin een balans zoeken is niet altijd een eenvoudige oefening: een te grote focus op het ene, kan namelijk negatieve gevolgen hebben voor het andere. Zet daarom permanenteevaluatie vooral in om het leren van studenten aan te moedigen en te ondersteunen, vanuit het zogenaamde“leergeoriënteerde evaluatie”-perspectief. (Hernández, 2012).
Stel jezelf de volgende vragen bij het kiezen van een geschikte variant van permanente evaluatie:
- Welke leerdoelen streef ik na? Waarom wil ik permanente evaluatie invoeren, wat wil ik ermee bereiken? Wil ik studenten vooral activeren? Wil ik vooral feedback geven?
- Welke werkvormen gebruik ik en hoe sluiten deze aan bij de permanente evaluatie?
- Welke evaluatievormen sluiten aan bij de gebruikte werkvormen? Heb ik enkel als doel om summatief te evalueren of zoek ik vooral een manier om formatief het leerproces te begeleiden?
- Hoe zal ik studenten feedback geven? Hoe zal ik ervoor zorgen dat studenten aan de slag gaan met feedback?
- Ken ik scores toe aan de evaluaties? Zo ja,
- Hoe verhouden deze scores zich tot de eindscore? Weegt elke evaluatie even zwaar?
- Zijn er bonuspunten te verdienen? Of wens ik te werken met pass/fail?
- Welke context- en randfactoren kan ik mee in overweging nemen?
- Zijn mijn studenten reeds geconfronteerd met permanente evaluatie in andere OPO’s? In welke vorm?
- Wat is de grootte van mijn studentengroep?
- Sta ik er alleen voor of beschik ik over een didactisch team?
- Welke mate van zelfstandigheid mag ik van de studentengroep verwachten?
- Welke technische beperkingen/mogelijkheden zijn er met betrekking tot computerfaciliteiten, lokalen, …
- Welke mogelijkheden zijn er met betrekking tot de tijdsbesteding van de studenten? Welke andere activiteiten worden er verwachten van studenten? Kan ik contacttijd vrijmaken?
- Hoe vaak wil ik een permanente evaluatie afnemen?
- Bruijns (2014) concludeert in haar review dat één of twee tussentijdse toetsen volstaan om een positief effect te realiseren op de prestaties van een student. Zorg voor een balans tussen testmomenten en momenten waarin studenten de tijd hebben om leerstof zelfstandig te verwerken zodat het activeren niet tot stresseren leidt.
Vormen van permanente evaluatie
Alle evaluatievormen kunnen in principe ook ingezet worden bij permanente evaluatie. Ga na welke leerdoelen je wilt evalueren en welk doel de permanente evaluatie heeft om een keuze te maken. Hieronder volgen enkele mogelijkheden:
Beoordeling van taken en opdrachten
- Tussentijdse (elektronische) toetsen en oefeningen
- Voorbereiding en verwerking van contactmomenten
- Medewerking tijdens contactmomenten: zoals actief luisteren van de studenten, vragen stellen en beantwoorden, presenteren, deelnemen aan groepsdiscussie, enzovoort.
- Bijdragen op een elektronisch discussieforum
- (e-)Portfolio
Een voorbeeld
In een reviewstudie onderzocht men welke aspecten van permanente evaluatie een positieve invloed hebben op de eindscores van studenten (Day et al., 2017).
Dit voorbeeldscenario illustreert deze aspecten:
In een vak uit 1e Bachelor Sociale Wetenschappen met 400 studenten vult men de hoorcolleges aan met online quizjes. Deze zijn niet verplicht, maar wie slaagt op alle quizjes verdient 1 bonuspunt (op 20). Na ieder hoorcollege komt een quiz online met meerkeuzevragen en enkele korte antwoordvragen over de inhouden van het hoorcollege. Automatische feedback wordt gegeven, afhankelijk van het antwoord van de student.
Een voorbeeld
OASE in de Faculteit Wetenschappen
De Faculteit Wetenschappen hervormde haar eerste jaar wiskunde en fysica volgens de principes van het OASE-systeem (Onderwijsorganisatie met Alternatieve Semesterindeling en Evaluatie). Permanente evaluatie was daarin één van de krachtlijnen: elk contactmoment moest voorbereid worden door studenten zodat elk contactmoment een (formatief) toets- en feedbackmoment werd. Daarnaast werden ook summatieve toets- en feedbackmomenten georganiseerd die meetelden voor het eindresultaat. (Faculteit Wetenschappen KU Leuven, z.d.)
Het grote voordeel bleek dat studenten geactiveerd werden tijdens het semester en tussentijdse feedback kregen. Aandachtspunten bleek het zoeken naar een ideaal evenwicht tussen de formatieve en summatieve evaluaties, en de spreiding van en afstemming tussen de summatieve evaluaties (Lievens, 2016).
Aandachtspunten
Informeer de studenten tijdig en uitgebreid over de organisatie vande permanente evaluatie en licht daarbij volgende aspecten toe:
- waarom organiseer je permanente evaluatie en welkedoelen streeft het didactisch team hiermee na;
- wat verwacht je van studenten en welke evaluatiecriteria hanteer je(bv. wat versta je onder “het leveren van een kwalitatieve bijdrage op een forum”?);
- wanneer vinden de evaluaties plaats;
- wie evalueert: docent, assistent, peers;
- hoe en wanneer worden de resultaten gecommuniceerd aan studenten;
- wat is de gewichtsfactor van de verschillende evaluaties onderling en van de permanente evaluatie in het eindcijfer;
- wat gebeurt er bij herkansing?
Integreer voldoende feedback in de permanente evaluatie:
- Evaluatie tijdens het semester is een ideale gelegenheid om een extra leermoment voor de student te creëren. Dit veronderstelt expliciete feedback.
- Tussentijdse peer feedback blijkt een positieve invloed te hebben op de eindevaluatie van studenten (Day et al., 2017). Niet enkel het krijgen, maar ook het geven van feedback is voor studenten een leermoment.
Stem af met collega’s en de opleiding.
- Welke opleidingsonderdelen zijn geschikt voor permanente evaluatie (in lijn met de leerdoelen)?
- Welke consequenties heeft permanente evaluatie in jouw opleidingsonderdeel voor gelijktijdige opleidingsonderdelen?
Aandacht hebben voor deze punten zal mogelijke negatieve effecten van permanente evaluatie bij studenten (zoals toegenomen stress en (test)angst) tegengaan (Decabooter, 2018).
Download de pdf (655 kB)
Adesope, O. O., Trevisan, D. A., & Sundararajan, N. (2017). Rethinking the use of tests: a meta-analysis of practice testing. Review of Educational Research, 87(3), 659-701. doi:10.3102/0034654316689306
Bax, A. , Perrenet, J. & Van Berkel, H. (2014). Toetsen van groepswerk. In H. Van Berkel, A. Bax & D. Joosten-ten Brinke (Eds), Toetsen in het Hoger Onderwijs. Houten: Bohn Stafleu van Loghum
Bruijn, V. (2014). Het effect van tussentijds toetsen op studierendement: een literatuurstudie. Onderzoek van Onderwijs, 43, 15-20.
Clement, M. & Laga, E. (Eds) (2006). Steekkaarten doceerpraktijk. Leuven, Garant.
Day, I. N. Z., van Blankenstein, F. M., Westenberg, M., & Admiraal, W. (2017). A review of the characteristics of intermediate assessment and their relationship with student grades. Assessment & Evaluation in Higher Education. doi:10.1080/02602938.2017.1417974
Decabooter, I. (2018). De assessmentproblematiek binnen OASE van de Faculteit Wetenschappen aan de KU Leuven. Een verklarende casestudie aangaande gevolgen en mogelijke oplossingen (Masterproef). Ongepubliceerd manuscript, KU Leuven, Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen.
Dunlosky, J., Rawson, K. A., Marsh, E. J., Nathan, M. J., & Willingham, D. T. (2013). Improving students’ learning with effective learning techniques. Psychological Science in the Public Interest, 14(1), 4-58. doi:10.1177/1529100612453266
Faculteit Wetenschappen (z.d.). Krachtlijnen van OASE. Geraadpleegd op 14 november 2018, van https://wet.kuleuven.be/oase/krachtlijnen
Hernàndez, R. (2012). Does continuous assessment in higher education support student learning? Higher Education, 64(4), 489-502.
Lievens, P. (2016). Implementatie van OASE in de bacheloropleidingen (eerste fase) wiskunde en fysica (Eindrapport). Faculteit Wetenschappen, KU Leuven.
Muskin, J. A. (2017). Continuous assessment for improved teaching and learning: A critical review to inform policy and practice. Current and Critical Issues in Curriculum, Learning, and Assessment, 13.
Richardson, J.T.E. (2014). Coursework versus examinations in end-of-module assessment: a literature review. Assessem*nt & Evaluation in Higher Education, 1-17.
Roediger, H.L. & Karpicke, J.D. (2006). The Power of Testing Memory: Basic Research and Implications for Educational Practice. Perspectives on Psychological Science.
Trotter, E. (2006). Student perceptions of continuous summative assessment. Assessment & Evaluation in Higher Education, 31(5).